Erfgenaam zijn kan in financieel opzicht een bevoorrechte positie zijn. Het kan echter ook behoorlijk tegenvallen als uiteindelijk blijkt dat de nalatenschap meer schulden dan positieve baten bevat. In sommige gevallen kan de erfgenaam dan ook in privé worden aangesproken voor schulden van de nalatenschap van de overledene (ook wel erflater genoemd). Omdat in de media steeds vaker berichten verschenen van erfgenamen die na aanvaarding van de nalatenschap in de financiële problemen kwamen, is de wetgever aan de slag gegaan met een wetswijziging die tot doel heeft de erfgenamen beter te beschermen tegen schulden van de nalatenschap. Dit heeft geresulteerd in het Wetsvoorstel bescherming erfgenamen tegen schulden, wat op 19 mei 2016 door de Tweede Kamer is aangenomen. Het wetsvoorstel zal nu door de Eerste kamer zal worden behandeld en daar waarschijnlijk op 7 juni 2016 als hamerstuk worden afgedaan.
Het is positief dat er een betere bescherming voor erfgenamen tegen schulden komt. De vraag is echter; gaat het wetsvoorstel zoals dat er nu ligt ver genoeg?
Aanvaarden of verwerpen
Erfgenamen kunnen een nalatenschap aanvaarden of verwerpen. Wordt gekozen voor het laatste, dan is de erfgenaam geen erfgenaam meer en heeft hij niets meer te maken met de erfenis. Hij ontvangt niets (behoudens eventueel zijn legitieme portie) en is niet aansprakelijk voor schulden.
Het aanvaarden van een nalatenschap kan op twee manier, te weten zuiver of beneficiair (ook wel onder voorbehoud van boedelbeschrijving). Bij een zuivere aanvaarding heeft de erfgenaam recht op alle bezittingen van de nalatenschap, maar is hij ook aansprakelijk voor de schulden. Als de nalatenschap onvoldoende positieve baten bevat om alle schulden van te voldoen, dan moet de erfgenaam het tekort uit zijn eigen vermogen aanvullen. De schuldeiser komt daarmee in een betere positie dan voor het overlijden van de erflater, aangezien hij nu niet alleen meer kan verhalen op de goederen van de erflater, maar ook op de goederen van diens zuiver aanvaard hebbende erfgenamen.
Dat laatste kan worden voorkomen door de nalatenschap beneficiair te aanvaarden. In dat geval wordt er eerst een boedelbeschrijving gemaakt. Als er sprake is van een negatieve nalatenschap, dan hoeft de erfgenaam het tekort niet uit zijn privé vermogen bij te betalen. Daar tegenover staat dan dat hij ook geen bezittingen van de nalatenschap mag ontvangen.
Om zuiver of beneficiair te aanvaarden of te verwerpen moet de erfgenaam een verklaring afleggen bij de griffie van de rechtbank. Van zuiver aanvaarden is echter ook sprake als de erfgenaam zich gedraagt alsof hij ondubbelzinnig en zonder voorbehoud de erfenis heeft aanvaard. Hiervan is bijvoorbeeld sprake als de erfgenaam goederen uit de nalatenschap verkoopt, een woning ontruimt, schulden en andere kosten van de erfgenaam voldoet, etc. Het betalen van een etentje op de dag van het overlijden van de rekening van de erflater leidde daarentegen in een bepaalde zaak niet tot zuivere aanvaarding. Het is met andere woorden niet altijd duidelijk welke handelingen wel en welke niet leiden tot een zuivere aanvaarding, zodat dit ook onbewust kan geschieden, met alle mogelijk negatieve financiële gevolgen van dien.
Een eenmaal bewust of onbewuste gemaakte keuze voor zuivere aanvaarding kan niet teruggedraaid worden. Is de nalatenschap negatief of komt er na lange tijd ineens een onverwachte schuld van de erflater op dan is de erfgenaam daarvoor aansprakelijk, ook in privé. Alsnog verwerpen kan niet.
Oplossing
Dit leidt dus steeds vaker tot financiële problemen bij erfgenamen. De wetgever heeft daarvoor nu, naast een betere voorlichting, een oplossing gevonden in de vorm van het Wetsvoorstel bescherming erfgenamen tegen schulden.
In het wetsvoorstel wordt in de eerste plaats verduidelijkt wanneer sprake is van zuiver aanvaarden. Het soort gedragingen dat leidt tot zuivere aanvaardingen wordt beperkt. Alleen in geval de erfgenaam goederen van de nalatenschap verkoopt, bezwaard (bijvoorbeeld door er een recht van hypotheek op te vestigen) of op een andere manier er voor zorgt dat schuldeisers zich niet op alle goederen van de nalatenschap kunnen verhalen, is nog sprake van zuiver aanvaarden.
Daarnaast biedt het wetsvoorstel bescherming tegen onverwachte schulden. Dit zijn schulden die de erfgenaam niet kende en ook niet hoefde te kennen op het moment dat hij de nalatenschap zuiver aanvaarden. Als een dergelijke schuld na verloop van tijd alsnog opkomt, kan de erfgenaam de kantonrechter verzoeken hem machtigen om de nalatenschap alsnog beneficiair te mogen aanvaarden of, als de nalatenschap al verdeeld is, om hem te ontheffen van zijn verplichting de onverwachte schuld uit zijn eigen vermogen te voldoen.
Gaat het ver genoeg?
Hoewel erfgenamen door het wetsvoorstel beter beschermd worden tegen schuldeisers dan voorheen, gaat het wetsvoorstel in mijn visie niet ver genoeg in de bescherming, omdat het niet uitsluit dat onbewust zuiver wordt aanvaard. Het blijft mogelijk dat de onwetende erfgenaam, die bijvoorbeeld snel de woning wil ontruimen en daarbij via marktplaats voor een relatief laag bedrag inboedel verkoopt, zuiver aanvaard en daarmee in privé aansprakelijk wordt voor de schulden van de nalatenschap die veel hoger kunnen liggen. Dat is voor de erfgenaam die niet bewust handelt en juist denkt goed bezig te zijn een uiterst onredelijke uitkomst. Gelet op de verstrekkende gevolgen van zuiver aanvaarden zou dat naar mijn idee dus iets moeten zijn wat alleen bewust kan gebeuren. Een verdergaande bescherming van de niet-bewust, maar welwillend handelende erfgenaam is op zijn plaats.
Conclusie
Het is positief dat er aandacht is voor de positie van erfgenamen ten opzichte van schuldeisers en dat er een oplossing in aantocht is die een grotere bescherming zal bieden tegen schulden dan voorheen. Waterdicht is het echter niet. Om alle financiële risico’s zo veel mogelijk uit te sluiten, blijft beneficiair aanvaarden aan te bevelen. Als het niet de standaard wordt, dan moet men er zelf maar voor kiezen.