Structurele hulp met boodschappen leidt tot boete voor een bijstandsgerechtigde

Eind 2019 ontstond in de media veel ophef over een uitspraak van de Rechtbank Midden-Nederland1. Het ging in deze uitspraak om een terugvordering van de bijstandsuitkering, omdat de betrokkene wekelijks boodschappen van haar moeder ontving. Inmiddels heeft de Centrale Raad van Beroep (CrvB) op 23 augustus 2021 uitspraak gedaan in deze kwestie gedaan2. Eerst nog een keer de feiten.

De betrokkene ontving over de periode van 16 december 2015 tot 11 juni 2019 een bijstandsuitkering naar de norm van een alleenstaande. Uit een heronderzoek, waarbij haar bankafschriften werden gecontroleerd, bleek dat ze nagenoeg geen uitgaven had gedaan voor kosten van levensmiddelen en verzorgingsproducten. De betrokkene werd verweten dat zij haar inlichtingenplicht had geschonden door niet te melden dat zij in haar levensonderhoud werd bijgestaan door haar moeder. De gemeente heeft vervolgens over een periode van bijna 3 jaar een bedrag van € 7.039,65 bruto teruggevorderd (berekend volgens de Nibudnorm voor de dagelijkse boodschappen (€ 6,41 per dag)).

In de uitspraak van de CRvB wordt uitgebreid ingegaan op het wettelijke kader van deze zaak. Er wordt geconstateerd dat niet langer in geschil is dat de betrokkene gedurende een lange periode wekelijks boodschappen van haar moeder heeft ontvangen en dat zij zelf in die periode geen uitgaven voor boodschappen heeft gedaan. De CRvB overweegt vervolgens dat het gegeven dat een ander structureel en substantieel voorziet in een deel van algemeen noodzakelijke bestaanskosten van een bijstandsgerechtigde een omstandigheid is die voor de bijstandsverlening relevant is en dus gemeld moet worden. Gezien het vangnetkarakter van de bijstand had de betrokkene moeten weten dat het feit dat zij structureel en substantieel boodschappen van haar moeder ontving van belang kon zijn voor haar recht op bijstand. De CRvB concludeert dan ook dat sprake is van schending van de inlichtingenplicht.

Dan moet worden vastgesteld in welke mate de bijstand kan worden herzien en teruggevorderd. De CrvB overweegt in eerste instantie dat de boodschappen niet als een gift aangemerkt kunnen worden. De CRvB heeft vervolgens overwogen dat de Nibudnormen een algemeen geaccepteerd richtsnoer geven om te bepalen hoeveel een huishouden nodig heeft om in bepaalde kosten te voorzien. De betrokkene heeft nog een beroep gedaan op het gelijkheidsbeginsel door te verwijzen naar mensen die voedselpakketten ontvangen van de Voedselbank. Dit beroep slaagt echter niet.

De CRvB concludeert dat de Gemeente Wijdemeren de uitkering mocht herzien en terugvorderen. De terugvordering wordt wel verlaagd van € 7.039,65 naar € 2.835,41, de gemeente had al een deel van de terugvordering laten vallen en over een ander gedeelte van de periode had de gemeente onvoldoende bewijs naar voren had gebracht.

Het is een vaker voorkomend probleem: uit een artikel van 7 november jl. kwam naar voren dat een bijstandsgerechtigde iedere maand € 300,- van zijn ouders ontving om biologisch te kunnen eten. De betrokkene heeft nu een terugvordering van € 40.000,- ontvangen3.

Hulp nodig bij een probleem met uw uitkering? We helpen u graag!

114 oktober 2019

2 ECLI:NL:CRVB:2021:1918

3https://www.bd.nl/geld/biologisch-eten-komt-alex-53-duur-te-staan-hij-moet-40-000-euro-terugbetalen-aan-bijstand-ik-wil-geen-gif-eten~a971ed3d/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F

Dit blog is geschreven door

Onderwerp